Op het gebied ten westen van het bestaande bedrijventerrein Engelenburg in Twello heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorst op woensdag 25 juni 2025 een voorkeursrecht gevestigd. De mogelijkheid om een voorkeursrecht op een locatie te vestigen is in Nederland vastgelegd in de Omgevingswet. De betrokken grondeigenaren zijn op woensdag 25 juni 2025 door de gemeente Voorst hierover geïnformeerd. Bewoners en bedrijven in de nabije omgeving zijn via een brief geïnformeerd op donderdag 26 juni 2025.
Coalitieakkoord en Prioriteitennota 2024-2027 als basis
In het coalitieakkoord ‘Samen Beter 2022-2026’ is opgenomen dat de gemeente Voorst voor de toekomst kijkt naar ruimte voor nieuwe bedrijvigheid, om startende en bestaande ondernemers ruimte te bieden. En in de Prioriteitennota 2024-2027 stemde de gemeenteraad in met een locatiestudie en -keuze voor een nieuw bedrijventerrein op basis van de afspraken in het Regionaal Programma Werklocaties (RPW 2020). De raming is dat er 15 hectare extra bedrijventerrein nodig is tot 2040. Daarvoor is gezocht naar de meest geschikte locatie in de gemeente Voorst. De keuze is daarbij gevallen op het gebied ten westen van het bestaande bedrijventerrein Engelenburg in Twello.
Wethouder Rosmarijn Boender: “Het voorkeursrecht helpt ons om regie te kunnen voeren op de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein. Omdat wij als gemeente bij de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein geen winstoogmerk hebben, kunnen we werken aan een goed plan. En daarmee bedoel ik dat we ons kunnen richten op een goede kwaliteit van de openbare ruimte, de impact van het plan op de omgeving en de prijs van toekomstige bedrijfskavels. Dat vinden wij namelijk belangrijk in het algemeen belang. Want als gemeente Voorst zijn wij verantwoordelijk voor het algemeen belang.”
Eerste recht om gronden in eigendom te krijgen
Het besluit van het college van B&W om een voorkeursrecht te vestigen op bepaalde gronden zorgt ervoor dat de gemeente Voorst het eerste recht heeft om die gronden in eigendom te krijgen. Die gronden kunnen dan niet aan anderen verkocht worden. Dit besluit maakt de daadwerkelijke realisatie van een bedrijventerrein nog niet gelijk mogelijk. Daarvoor is eerst een ruimtelijk plan nodig.
Nadat de gemeenteraad op basis van dit collegebesluit zelf een besluit heeft genomen over het bovengenoemde voorkeursrecht, is het opstellen van een ruimtelijk plan de volgende stap.
Wethouder Rosmarijn Boender: “Wij begrijpen dat wij mensen met dit bericht overvallen, maar dit doen wij vanuit afwegingen over het algemeen belang. Bij de volgende stap, dus het opstellen van een ruimtelijk plan, is er genoeg ruimte om mee te denken of te reageren.”