Hier vindt u vragen en antwoorden over de huisvesting van statushouders, Oekraïense vluchtelingen en de opvang van asielzoekers. Deze zijn tot stand gekomen naar aanleiding van de bijeenkomsten in april 2024.

Huisvesting statushouders

Algemeen

Statushouders krijgen een tijdelijke verblijfsvergunning. Wat houdt het tijdelijke in? Wat zijn de voorwaarden?

Een statushouder ontvangt eerst een tijdelijke verblijfsvergunning voor vijf jaar. Na 5 jaar wordt gekeken of de statushouder nog steeds bescherming nodig heeft en of hij/zij het inburgeringsexamen met succes heeft afgelegd. Zo ja, dan krijgt de statushouder een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. In de praktijk zien wij dat een tijdelijke verblijfsvergunning vrijwel altijd wordt omgezet naar een permanente verblijfsvergunning.

De statushouders die in Nederland zijn hebben een inburgeringsplan. Zij moeten zich aan dit plan houden. Tijdens de inburgering leren zij de Nederlandse taal en hoe de Nederlandse samenleving in elkaar zit.

Nee, de eindstatus is veelal de omzetting van een tijdelijke verblijfsvergunning naar een permanente verblijfsvergunning.  Dan kunnen de statushouders de Nederlandse nationaliteit aanvragen.

Nee, de gemeente heeft hierin geen keuze. Het COA koppelt de statushouders aan de gemeenten. In de praktijk zijn het vaak alleenstaande mannen die gezinshereniging aanvragen. Het duurt gemiddeld 2 jaar voordat de aanvraag is goedgekeurd of afgekeurd. Bij goedkeuring wordt de man met het gezin gehuisvest in onze gemeente.

Medemenselijkheid raakt steeds verder zoek en naastenliefde wordt steeds minder gehoord. Desalniettemin is er toch een probleem op te lossen met elkaar. Kan er gekeken worden naar mogelijkheden om in gesprek te gaan met dorpen en te bespreken hoe de inwoners hier tegenover staan en hoe we dit met elkaar kunnen oplossen. Hiermee wordt het proces transparant gemaakt en worden inwoners mede verantwoordelijk gemaakt.

De gemeente wil ook graag in gesprek met de inwoners. Daarom zijn ook de bewonersavonden georganiseerd. In het stappenplan over de noodopvang van asielzoekers staat ook de stap om inwoners te horen. Inmiddels is het digitale inwonerspanel over de opvang van statushouders en asielzoekers onder alle inwoners afgerond. Ook op die manier kan men zijn stem laten horen en suggesties doen.

De gemeente probeert op een praktische manier ondersteuning te bieden. Naast de geboden ondersteuning door de gemeente, wordt de statushouder de eerste jaren ook begeleid door Vluchtelingenwerk. Indien nodig wordt er doorverwezen naar diep(er)gaande hulp.

De gemeente heeft 110  opvangplaatsen voor Oekraïners beschikbaar en moet de eerste helft van 2024 42 statushouders huisvesten. Na de bewonersbijeenkomsten is de opgave voor de tweede helft van 2024 bekend geworden. Dit gaat om 24 statushouders die wij moeten huisvesten.

Als de statushouders de opvanglocatie verlaten, worden zij over het land verdeeld. COA koppelt de statushouders aan gemeenten om te huisvesten. Zij hoeven niet per sé gehuisvest te worden in de gemeente waar zij in de opvanglocatie hebben gezeten.

Huisvesting statushouders

Wat is het percentage van vrijkomende woningen van IJsseldal Wonen wat nu naar statushouders gaat?

Het exacte percentage is niet bekend, dit verschilt per halfjaar. Er is een drempelwaarde ingebouwd van 15%. Dit betekent dat de richtlijn nu is dat 15% van de vrijkomende woningen aan bijzondere doelgroepen wordt verhuurd. Hieronder vallen statushouders, maar ook  uitstroom beschermd wonen/maatschappelijke opvang. Wordt de 15% overschreden? Dan gaat de corporatie en gemeente met elkaar in gesprek.

Als het gaat om statushouders hebben deze mensen recht op huisvesting. IJsseldal Wonen wijst de woningen toe. De  locaties kunnen niet worden gepland omdat het niet op voorhand bekend is wanneer en waar woningen beschikbaar zullen komen. Vluchtelingenwerk begeleidt de statushouders en laat hen veelal kennis maken met de buren.

Voor de opvang van asielzoekers geldt de spreidingswet. De gemeente heeft hier geen invloed op. Bij de komst van een noodopvanglocatie wordt het stappenplan voor aanwijzing locatie noodopvang gevolgd.

Dit is inderdaad een uitdaging. Een oplossing voor het creëren van meer plekken is een doorstroomwoning (friendswoning): een gezamenlijke woning voor meerdere statushouders. In een doorstroomwoning worden nu alleengaande statushouders gezamenlijk geplaatst die gezinshereniging verwachten. Ook is de gemeente aan het kijken naar flexwoningen en zoeken we naar meer creatieve oplossingen.

Ook de wethouder van de gemeente Voorst kan de landelijke politiek niet beïnvloeden. Er zijn zeker problemen en uitdagingen, maar de migratiestromen kunnen wij als gemeente niet structureren. De gemeente speelt in op wat er op dat moment nodig wordt geacht.

Dit is een van de dilemma’s is. Er wordt geprobeerd een praktische en creatieve oplossing te vinden, bijvoorbeeld door de inzet van gemeenschappelijke woningen (doorstroomwoningen) en/of flexwoningen.

De gemeente kijkt ook naar mogelijkheden voor flexwoningen. Deze woningen kunnen dienen voor tijdelijke huisvesting voor statushouders, maar ook voor spoedzoekers en starters, bijvoorbeeld mensen die uit een scheiding komen of waarvoor op korte termijn een huis gevonden moet worden vanwege bijvoorbeeld huiselijk geweld.

Deze suggestie wordt meegenomen door de gemeente. Er worden meer locaties onderzocht.

De aantallen van 2023 zijn inderdaad bij 2024 opgeteld. Voor de gemeente is dit een uitdaging waarvoor een creatieve oplossing moet worden bedacht. De woningen die de gemeente onder andere daarvoor aankoopt en verbouwt staan vaak al voor langere tijd op de vastgoedmarkt. Een voorbeeld hiervan is de voormalige bank in Wilp (Molenallee 75), met voorheen een bedrijfsbestemming. De bank wordt omgebouwd tot drie wooneenheden, waarvan er twee worden toegewezen aan statushouders en een beschikbaar wordt voor lokale woningzoekenden. Zo wordt de bestaande woningvoorraad niet extra belast, maar worden er juist woningen aan de woningvoorraad toegevoegd.

Een andere oplossing waar de gemeente mee bezig is, is het plaatsen van meerdere alleenstaande statushouders in één woning, de zogenoemde doorstroomwoningen of ‘friendswoningen’. Op deze manier kan er sneller onderdak worden geboden aan meerdere statushouders. Deze statushouders hebben veelal een aanvraag voor gezinshereniging open staan. Er is in Twello één dergelijke woning. Ook wordt er gekeken naar het plaatsen van flexwoningen voor 10-15 jaar. Het uitgangspunt voor de flexwoningen is om deze ook beschikbaar te maken voor starters en spoedzoekers.

Statushouders kunnen gezinshereniging aanvragen. Wanneer de aanvraag wordt goedgekeurd en het gezin overkomt, moet er worden gezocht naar een passende woning voor de gezinsgrootte. De gezinsleden die overkomen, tellen mee in de taakstelling van de gemeente.

We zien dat naar verhouding statushouders grotere gezinnen hebben dan wij in Nederland nu gewend zijn. Als gemeente moeten wij het gehele gezin van huisvesting voorzien. In onze woningvoorraad hebben wij geen grote woningen waarbij iedere gezinslid een eigen slaapkamer kan worden toebedeeld. Daarom moeten ze slaapkamers delen. Voor de taakstelling is het efficiënt om zeven mensen in een woning te plaatsen, zodat er meer woningen overblijven voor anderen.

Statushouders zijn niet altijd gewend een tuin te hebben, omdat dit niet in iedere cultuur voorkomt. De gemeente vindt het een goed idee om de statushouders hierin te begeleiden. Statushouders worden de eerste twee jaar begeleid door Vluchtelingenwerk. Die helpen hen om hun weg in onze samenleving te vinden en onze normen en waarden (zoals je leefomgeving netjes houden).

Dit klopt. Het aantal statushouders wordt verdeeld over gemeenten naar rato van het inwoneraantal. Gemeentes die de huisvesting consistent niet kunnen/willen realiseren komen onder toezicht van de provincie. In het uiterste geval kan de provincie  contact opnemen met woningcorporaties waardoor alle woningen die vrijkomen voor een x periode worden toegewezen aan statushouders. De gemeente Voorst wil dit voorkomen en streeft daarom naar het realiseren van creatieve oplossingen.

Financiën statushouders

Hoe zit de opvang, begeleiding en financiële ondersteuning van de statushouders in elkaar? Is hier een overzicht van?

Een pand dat door de gemeente wordt aangekocht, wordt verbouwd en vervolgens geëxploiteerd via IJsseldal wonen. Hier staan inkomsten tegenover in de vorm van huur. Vanaf dat de statushouders hier komen wonen, ontvangen de statushouders vaak bijstand, met als uiteindelijke doel dat ze zelfredzaam worden en hun eigen inkomen gaan verdienen.

De kosten van aankoop van panden is openbaar terug te vinden. Wat betreft de uitkeringen wordt er geen onderscheid gemaakt tussen statushouders of niet-statushouders. Overigens moet de gemeente zich verantwoorden in de reguliere jaarstukken. Hierin worden ook de kosten in opgenomen.

Er is geen directe relatie tussen de gemeentelijke belastingen en de begroting. De WOZ-waarden zijn door heel Nederland gestegen. De gemeente Voorst zit gemiddeld als het gaat om de stijging van de gemeentelijke belastingen.

Zoals aangegeven wordt er incidenteel een pand aangekocht door de gemeente. Als dit gebeurt, dan wordt dit betaald met gemeenschapsgeld. De gemeenteraad wordt altijd meegenomen en geeft goedkeuring voor de investeringen.

Een statushouder ontvangt vaak wanneer ze hier komen wonen een uitkering waarmee onder andere de vaste lasten betaald kunnen worden. De eerste jaren worden de statushouders begeleid, onder andere in het leren van de Nederlandse taal en worden ze begeleid naar werk. Ze krijgen geen kleding, maar kunnen, net als inwoners van de gemeente, naar de kledingbank. De uitkering is een vangnet, maar het is wel de bedoeling dat hij of zij uiteindelijk op eigen benen staat. Veel mensen komen hier en zijn best ondernemend. Statushouders willen vaak een eigen winkel, schoonmaakbedrijf of beginnen een kapsalon. Ze willen allemaal een goed leven en voor hun gezin kunnen zorgen. Statushouders hebben dezelfde rechten en plichten als ieder andere inwoner.

Opvang van asielzoekers

Algemeen

Is er verandering in wetgeving aangaande het werk dat asielzoekers al dan niet mogen uitvoeren?

Eerder bestond de regeling dat asielzoekers maximaal 24 weken per jaar mochten werken, echter heeft de Raad van State dit teruggedraaid. Inmiddels zit er geen tijdslimiet meer aan vast. Als asielzoekers minimaal een half jaar in asielprocedure zitten en de werkgever de benodigde vergunning heeft aangevraagd, mogen asielzoekers werken. De asielzoeker dient vanuit zijn loon een bijdrage aan het COA te betalen voor de kosten van opvang.

Mensen die in een asielprocedure zitten, verblijven in een AZC (asielzoekerscentrum). Omdat de nood hoog is en vanwege efficiëntie in de organisatie, streeft het COA naar grote opvanglocaties van ongeveer 300 personen. Het COA staat nu ook open voor kleinere AZC’s van ongeveer 150 opvangplekken. Dan kunnen de asielzoekers gebruik maken van voorzieningen van een grotere AZC in de nabije omgeving.

Het is niet eenvoudig om locaties te vinden die hiervoor in aanmerking kunnen komen. De gemeente Voorst werkt samen met andere gemeentes in de regio om te kijken wat de mogelijkheden zijn.

Een democratisch genomen besluit dat door de meerderheid is aangenomen, is een besluit. De gemeente Voorst kan geen landelijke problemen oplossen. De gemeente Voorst wil een leefbare gemeente zijn voor iedereen, nieuwe en bestaande bewoners. De kern van democratie is dat we met elkaar de verbinding aangaan, daarom zijn er drie bewonersavonden georganiseerd om deze gesprekken te voeren.

De gemeente heeft met de huidige spreidingswet en de opgave van het Rijk te maken. Als de gemeente Voorst aangeeft geen asielzoekers te willen opvangen, kan dit vervolgens worden afgedwongen door de Provincie Gelderland.

De gemeente Voorst kan die kraan niet dicht draaien. Dit is landelijk beleid. Er ligt nu een wettelijke opgave voor ons als gemeente om asielzoekers op te vangen.

Op dit moment gaat het over 156 plekken in totaal voor zowel het jaar 2024 als 2025. Het gaat om indicatieve opgaven. De Rijk kan in geval van noodsituaties het aantal bijstellen. Het is nog niet duidelijk wat het aantal voor 2026 en verder zal zijn.

Ondanks de opgave vanuit de Rijksoverheid mogen de belangen van de inwoners van de gemeente Voorst niet uit het oog worden verloren. Voor de verhoudingen is het goed om het tegengeluid mee te nemen, ondanks alle inspanningen die vanuit de gemeente wordt gedaan.

De gemeente zal dit signaal ook zeker meenemen. De gemeente wil juist het gesprek aangaan met de inwoners, daar zijn deze bewonersavonden voor bedoeld.

De reis vanuit het land waar de asielzoekers vandaan komen, is geen vakantie. Het gaat veelal om een gevaarlijke reis en de asielzoekers kunnen onderweg gevaarlijke situaties meemaken. Ze laten hun gezin niet zomaar achter.

De gemeente erkent dat er verschillen in culturen zijn maar zij gaat de uitdagingen rondom integratie aan en zet zich ook in voor het behoud van de Nederlandse identiteit en leefbaarheid. Tegelijkertijd benadrukt de gemeente dat zij de menselijke kant van het vraagstuk blijft zien. Nieuwkomers hebben dezelfde basisbehoeften als iedereen, zoals de wens voor een veilige toekomst voor zichzelf en hun kinderen. Het vraagt ook om  wederzijds begrip en verbinding tussen nieuwkomers en de huidige bevolking. Door mensen als individuen te leren kennen in plaats van als anonieme groep, kan meer waardering ontstaan.

De integratie en het overbruggen van culturele verschillen kan een grote uitdaging vormen die veel begeleiding en inspanning vraagt van beide kanten. De gemeente blijft zich actief inzetten met inburgeringstrajecten, taalonderwijs en het bijbrengen van Nederlandse normen en waarden. Ook wordt er gestuurd op voldoende spreiding van nieuwkomers over de gemeente, om te voorkomen dat aparte -omsloten- gebieden ontstaan.

Er vluchten inderdaad mensen naar ons land die heftige ervaringen hebben meegemaakt. Asielzoekers kunnen op het asielzoekerscentrum waar nodig al hulp ontvangen. Wanneer ze statushouder worden en in onze gemeente worden gehuisvest, worden zij begeleid door Vluchtelingenwerk. Zo bieden we vroegtijdige en laagdrempelige begeleiding.

Het landelijke probleem ten aanzien van personeelstekorten en andere problemen t.a.v. zorg en onderwijs kunnen wij in gemeente Voorst niet even oplossen.

De gemeente erkent deze zorgen, maar benadrukt ook dat garanties voor de veiligheid nooit volledig kunnen worden gegeven, ongeacht om welke mensen het gaat. Ook onder de huidige inwoners van Voorst kunnen incidenten plaatsvinden.

De gemeente zal alles in het werk stellen om de veiligheid en leefbaarheid zo goed mogelijk te waarborgen. Zo zal er bij de opvang van asielzoekers extra begeleiding en toezicht worden geregeld, bijvoorbeeld door het COA. Ook wordt er onderzoek gedaan naar de capaciteit van de lokale geestelijke gezondheidszorg om mensen met psychische problemen of trauma's op te vangen. Waar nodig zullen aanvullende, laagdrempelige voorzieningen worden getroffen.

Het COA plaatst een dwarsdoorsnede van de gehele asielzoekerspopulatie die Nederland binnenkomt, maar personen met ernstige gedragsproblematiek worden apart geplaatst. Het Rijk zet zich in om de asielzoekers van wie de asielprocedure is afgewezen, te laten vertrekken. Of afgewezen asielzoekers daadwerkelijk vertrekken, is niet altijd zeker. Sommigen verdwijnen in de illegaliteit of belanden in mensonterende situaties.

Er wordt wel erg de nadruk gelegd op de zogenaamde taakstelling vanuit Den Haag. Als wethouder vertegenwoordigt u toch ook de inwoners van de gemeente Voorst? Als ‘Den Haag’ zegt: dit jaar moeten jullie 100 asielzoekers opnemen, volgend jaar 150 en het jaar daarna 3.000, wat dan? Wanneer zegt u: dat gaan we niet doen, want we rédden het niet of we wíllen het niet?

We hebben een wet waar we ons aan te houden hebben en ik ben ook nog eens wet-houder. We kunnen geen hek om Voorst zetten en zeggen: wij doen het helemaal anders dan de rest van Nederland. Dat is wat het is.

Steeds meer mensen (zoals spreekster) ontvluchten de grote steden in de Randstad en een belangrijke reden daarvoor is de dat de sociale cohesie daar inmiddels totaal verloren is gegaan. Meer dan 50% van de inwoners hebben een niet-westerse achtergrond en wonen bovendien in grote groepen bij elkaar. In sommige wijken kun je als vrouw niet veilig meer over straat, er mogen geen kerstbomen meer geplaatst worden op school, het Sinterklaasfeest wordt afgeschaft en de ramen van zwembaden worden afgeplakt omdat er anders mannen staan te gluren. Dat moet je toch allemaal niet willen?

Dit signaal kennen we, we bespreken het met onze buurgemeenten en we geven het ook door aan de Vereniging Nederlandse Gemeenten. We zijn er niet blind voor dat de spons langzaam vol raakt. Maar we kunnen dit als gemeente Voorst niet stoppen. We oefenen invloed uit op hetgeen we kúnnen beïnvloeden en geven signalen af als we dat niet kunnen. 

Financiën asielzoekers

Krijgt de gemeente meer geld als er sneller opvang wordt gerealiseerd voor asielzoekers?

Er wordt niet per se meer geld ontvangen voor crisisnoodopvang of noodopvang. In de basis moet asielopvang budgetneutraal voor de gemeente kunnen plaatsvinden.

In de lijn van de Spreidingswet, worden op dit moment door het Rijk bonusregelingen uitgewerkt. Zo komt er onder andere een bonusregeling voor het aantal asiel-opvangplekken die een gemeente bovenop de taakstelling beschikbaar stelt. Ook komt er een bonusregeling voor bijzondere opvangplaatsen, denk aan opvang van alleenstaande minderjarige vreemdelingen.

Eerder bestond de regeling dat asielzoekers maximaal 24 weken per jaar mochten werken, echter heeft de Raad van State dit teruggedraaid. Inmiddels zit er geen tijdslimiet meer aan vast. Als asielzoekers minimaal een half jaar in procedure zitten en de werkgever hiervoor de benodigde vergunning heeft verkregen, mogen asielzoekers werken. De asielzoeker dient vanuit zijn loon een bijdrage aan het COA te geven.

Het aanbieden van werkzaamheden valt buiten de bevoegdheden die de gemeente heeft. De gemeente heeft hiervoor de middelen en de tijd niet. Wel staat het werkgevers vrij om contact op te nemen met het COA om te kijken welke mogelijkheden er zijn voor het aanbieden van werk.

Opvanglocatie voor asielzoekers

Wat is de status van de zoektocht naar een geschikte locatie? Is er iets in beeld?

De gemeente is continu aan het zoeken, maar binnen de gemeente Voorst zijn er weinig grote, leegstaande panden die hiervoor geschikt zijn. Dit maakt het lastig  om een locatie te vinden. Als er zich een geschikt pand voordoet, dan zal ook het COA het komen keuren.

Het COA heeft idealiter een norm van minimaal 300 mensen voor een volwaardig ingericht AZC met voorzieningen als medische verzorging, psychologen etc. Dit is de norm maar de huidige nood in het land leidt tot kleinere locaties in de buurt van een hoofdvestiging. Op deze manier kunnen de faciliteiten van de hoofdvestiging voor de kleinere locatie worden gebruikt.

Een ondernemer betrokken bij het industrieterrein Engelenburg in Twello geeft een uitgebreide toelichting op de commotie rond een voormalig pand op het bedrijvenpark dat in 2023 COA/ODIG Zorg wilde aankopen met het plan er 60 asielzoekers in op te vangen. De ondernemers waren hierover in het geheel niet geïnformeerd en voelden zich overvallen toen de plannen laat in het proces naar buiten kwamen. Dit leidde tot grote frustraties en verzet tegen de komst van de opvanglocatie in hun directe omgeving. De ondernemer bekritiseert dat de gemeente vooraf geen enkele communicatie had gevoerd met de ondernemers op het industrieterrein, terwijl er kort daarvoor nog een bijeenkomst was geweest met ondernemers waarbij de gemeente juist had benadrukt blij te zijn met de aanwezigheid van de ondernemers. De ondernemer spreekt van een gebrek aan openheid en transparantie in het proces. Uiteindelijk leidde het verzet van de ondernemers ertoe dat de opvanglocatie van de baan ging. Andere inwoners herkennen deze ervaringen en uiten kritiek dat de gemeente te vaak besluiten al heeft genomen zonder voldoende participatie van inwoners. Zo wordt ook de commotie rond een zonnepark in de gemeente aangehaald, waarbij omwonenden zich eveneens overvallen voelden door de plannen.

De communicatie rondom locatie Engelenburg is niet lekker gelopen. De gemeente is lerende. Als gevolg hiervan is er nu een stappenplan ingevoerd voor de realisatie van noodopvanglocaties. In dit stappenplan is participatie en inspraak voor de gemeenteraad, omwonenden en ondernemers expliciet geborgd. Zo wordt bij het in beeld komen van een mogelijke locatie deze eerst intern onderzocht en gedeeld met het college en vertegenwoordigers van de gemeenteraad. Daarna volgt een principebesluit, waarna de gemeente in gesprek gaat met omwonenden en ondernemers om hun vragen, zorgen en inbreng mee te nemen. Pas na deze inspraakronde neemt de gemeenteraad een definitief besluit over de locatie.

Opvang van Oekraïners

Klopt het dat de regelingen voor Oekraïners stoppen?

Oekraïners hebben recht op verblijf in Nederland tot 1 maart 2025. Er vinden nu onder andere in Europees verband gesprekken plaats over een mogelijke verlenging. Hier is nog geen duidelijkheid over. Wij hebben de verwachting dat deze regeling wordt verlengd met ieder geval een jaar.

Oekraïners kunnen teruggaan naar Oekraïne en dit gebeurt ook wel eens maar vaak is dit om medische redenen van een familielid. De gemeente kan zich niet voorstellen dat zij op vakantie gaan. Dit zal voor de meerderheid zeker niet gelden. Er komt een wetswijziging waardoor zij niet langer dan 28 dagen per jaar Nederland mogen verlaten. Op dit moment mogen zij niet langer dan 28 dagen aaneengesloten weg zijn.

De vergoeding is afhankelijk van het soort opvang. De gemeente ontvangt vergoedingen voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Dit gaat om €61,00 per persoon per dag. Voor asielopvang gelden er weer andere vergoedingen die afhankelijk zijn van de soort asielopvang. In de basis is het de bedoeling dat de gemeente asielopvang budgetneutraal kan uitvoeren.

Er worden complimenten gegeven aan de gemeente Voorst en aan wethouder Peter Wormskamp voor de bewonersavond. Deze bewoner geeft aan dat het beeld van de bewoners wordt beïnvloed door invloeden van buitenaf. Zij vindt dat er aandacht moet worden gegeven aan wat wel goed gaat.